Ingrediënten

  4 stukken kabeljauwfilet a 150 gram
  zout en peper
  2 theelepels grove mosterd
  2 1/2 dl. slagroom
  1 theelepel suiker
  75 gram boter
  1 kilo witlof
  2 a 3 eetlepels bloem
  2 eetlepels olijfolie

Bereidingswijze

Voor 4 personen.
Uit de witlof de bittere kern snijden en de struikjes in ringen van 1/2 cm snijden. 25 gram boter in pan smelten. Witlofringen toevoegen en al omscheppend zonder kleuren 5 minuten bakken. Suiker en slagroom toevoegen en geheel 10 minuten zacht inkoken tot ragoutdikte. Op smaak brengen met mosterd, zout en peper. Als laatste 25 gram boter door de witlof mengen.
Intussen kabeljauw met keukenpapier droogdeppen met zout en peper bestrooien en door de bloem wentelen. Olie en 25 gram boter in de koekenpan verhitten en hierin de filets in 6 a 7 minuten gaar en goudbruin bakken.
Witlof over 4 borden verdelen en hierop de kabeljauw schikken.