Ingrediënten

  een beetje boter
  100 gram bloem
  100 ml melk
  100 ml slagroom
  zout
  2 zakjes vanillesuiker (ca 16 gram)
  2 eieren
  8 eetlepels sinaasappellikeur (bijv. Grand Marnier)
  4 eetlepels poedersuiker
  5 mandarijnen

Bereidingswijze

Voor ca. 10 stuks. Klop de eieren los met de vanillesuiker en een snuf zout. Voeg de bloem toe en meng tot een glad beslag. Voeg geleidelijk de melk toe en roer het beslag steeds helemaal glad. Roer de slagroom door het beslag. Laat het beslag minimaal 30 minuten rusten. Verhit een beetje boter in een koekenpan. Schenk een dun laagje beslag in de pan en kantel de pan zodat de hele bodem bedekt is. Bak de crêpe 1-2 minuten en draai hem voorzichtig om. Bak de crêpe nog ca. 1 minuut. De crêpe moet slechts lichtbruin kleuren. Neem de crêpe uit de pan en herhaal tot het beslag op is. Houd de crêpes warm. Pel 4 mandarijnen en verdeel ze in partjes. Halveer de overige mandarijn en knijp het sap eruit. Verdeel de warme crêpes over borden en leg de mandarijnpartjes erop. Karamelliseer de poedersuike in de pan en blus af met het mandarijnsap en de likeur. Zorg dat de afzuigkap uitstaat. Flambeer de likeur met behulp van bijvoorbeeld een lange lucifer. SChenk de saus over de crêpes. Serveer direct.